In dit artikel krijg je antwoord op een aantal roeitrainer – veel gestelde vragen die mensen hebben over het gebruik van een roeimachine. Op iedere sportschool staat wel een roeimachine en dat heeft een reden. Ook hebben veel mensen thuis een roeiapparaat staan. Wel is het goed om een aantal dingen te weten om zo goed mogelijk gebruik te maken van een roeitrainer. De antwoorden op de onderstaande vragen geven een beter inzicht op hoe je een roeitrainer zo efficiënt kan gebruiken in jouw trainingen.
Wat train je met een roeitrainer?
Met een roeimachine train je zowel cardio als spierkracht. Dat maakt een workout op een roeitrainer ook zo efficiënt. Je gebruikt veel verschillende spiergroepen waardoor je hart, longen en doorstroming van je bloedsomloop flink aan het werk gezet worden.
Je spieren hebben immers brandstof, zuurstof nodig en de afvalstoffen (melkzuur) zullen afgevoerd moeten worden. Dit leidt tot een hoge cardio vasculaire activiteit en je verbrand dus veel calorieën.
Hoeveel is uiteraard afhankelijk van de intensiteit waarmee je roeit.
Zoals gezegd train je veel spiergroepen. Benen, romp, schouders, rug, armen worden allemaal aan het werk gezet. Je wordt er dus ook sterker van, maar verwacht niet dat je er als een body-builder uit gaat zien.
Kan je iedere dag trainen op een roeitrainer?
Op de vraag of je iedere dag op een roeiapparaat kunt trainen is het antwoord eigenlijk voor verreweg de meeste mensen altijd nee. Hoeveel dagen je in de week je kunt trainen op een roeimachine is afhankelijk van hoe goed je getraind bent. Doordat je weinig spierbeschadiging oploopt omdat je geen schokbelasting hebt, zoals met hardlopen, herstel je wel heel snel van een training. Een juiste houding en beweging is essentieel. Zowel om blessures te voorkomen als om de slag zo efficiënt mogelijk uit te voeren.
Voor beginners geldt dat 3 trainingen per week goed te doen zijn en noodzakelijk zijn de meeste vooruitgang te boeken. Volg bijvoorbeeld het beginners schema.
Voor gevorderden zijn 6 trainingen per week goed te doen. Waarbij je met drie keer een kwaliteitstraining afgewisseld met 3 maal een herstel training het beste resultaat zal geven. Dus één dag in de week niet roeien. De kwaliteitstrainingen bestaan uit verschillende vormen van interval trainingen.
Over het algemeen geldt: Zorg voor voldoende variatie in de trainingen en voldoende herstel. Je zult dan de meeste vooruitgang boeken en je blijft het dan het langst leuk vinden.
Welke zwaarte van de weerstand gebruiken op een roeimachine?
Over het gebruik van de weerstand op een roeitrainer verstaan veel misverstanden. Veel mensen denken dat ze goed bezig zijn als ze de zwaarste weerstand gebruiken. Vooral op sportscholen zijn er mensen die denken weerstand roeitrainer op standje 10 en gaan….
Helaas werkt het niet zo. Vergelijk het met de versnellingen op een (race)fiets. Om het beste resultaat te behalen zet je deze niet altijd in de zwaarste versnelling. Zo werkt het dus ook bij een roeiapparaat. Door een lichtere weerstand te kiezen zal je een hogere snelheid langer vast kunnen houden.
Hoe hoog de weerstand wel moet staan is best moeilijk. Je kan daar zelf wat mee experimenteren. Begin lekker licht. Mijn eigen ervaring is dat mijn PR’s op de twee, 5 en 10 kilometer beter werden door veel te trainen, maar ook de juiste (lees lagere) weerstand te vinden. Bij een Concept2 kan je de drag factor hiervoor gebruiken.
Welke soorten weerstand zijn het beste bij een roeitrainer?
Over het algemeen geldt dat roeimachines met luchtweerstand en roeiapparaten met waterweerstand de meest realistische roeiweerstand geven. De reden is dat hoe harder je aan de hendel trekt hoe meer weerstand je zult ervaren. Dit in tegenstelling tot een magnetische weerstand waarbij dit niet zo is. Roeitrainers met waterweerstand of luchtweerstand zijn helaas vaak wel weer wat duurder.
Het voordeel van luchtweerstand is dat je de mate van weerstand makkelijk kunt aanpassen. Bij de meeste roeitrainers met waterweerstand is dit wat lastiger omdat de weerstand afhankelijk is van het waterniveau in de tank.
